"90% van alle beginnende branden worden door kleine blusmiddelen gedoofd" is een van de uitspraken die je kunt lezen als je in Google "Kleine blusmiddelen" als zoekfunctie opgeeft. Het blijkt dat de zogenaamde "kleine blusmiddelen" een belangrijke rol spelen bij het bestrijden van een beginnende brand in de bedrijfsgebouwen. Elke gebouwbeheerder hoopt natuurlijk dat hij er nooit mee te maken krijgt: brand in of in de directe omgeving van zijn gebouw.
De vraag die gesteld wordt: doe ik het goed? Zijn er genoeg middelen aanwezig? Niet alleen om te voldoen aan de regels die het bouwbesluit en ook de arbo-wet van je verwacht, maar ook om effectief genoeg te zijn, als je ze onverhoopt nodig hebt.
In deze wekelijkse blog van ORTEON bespreek ik welke kleine blusmiddelen er zijn, voor welke toepassing ze geschikt zijn en hoe veel je er moet hebben. Waar moet je op letten bij het plaatsen van de kleine blusmiddelen en welke voorschriften zitten er aan het onderhoud en beheer? Lees verder in onze wekelijkse ORTEON Blog Wet- & Regelgeving voor een eenvoudige uitleg van dit onderwerp.
Wat zijn nu kleine blusmiddelen en wanneer valt een blusmiddel onder de noemer “groot”?

In deze blog wil ik me beperken tot de eerste groep.
Wat hebben we nodig in ons gebouw? Het wettelijk kader voor de toepassing van kleine blusmiddelen komen we uit bij het Bouwbesluit 2012 Afdeling 6.7. Bestrijden van brand, nieuwbouw en bestaande bouw. Daarin vinden we onder anderen een tabel, waarin we op basis van gebouwfunctie, toepassing en vierkante meters kunnen afleiden wat er in het gebouw verplicht is.
Als hulpmiddel voor het voldoen aan bovenstaande vooschriften uit het Bouwbesluit is de NEN 4001 een bruikbaar hulpmiddel: In NEN 4001+C1:2008 nl staan eenduidige richtlijnen voor het bepalen van het aantal, het type en de locaties van blusmiddelen. In het kort komt het hierop neer:
Een pand dient in verschillende zones te worden verdeeld, op basis van brandrisico en soort gebruik. De oppervlakte van de individuele zones bepaalt het aantal blussers dat minimaal dient te worden geplaatst. Uitgaande van een normaal brandrisico dient brandbeveiliging geplaatst worden:

De locaties van blusmiddelen worden duidelijk gemarkeerd door pictogrammen, zodat direct kan worden opgemerkt als er een blusser is weggenomen.
Bovenstaande voorschriften uit het Bouwbesluit en de bijbehorende norm gelden ook, zoals de titel al aangeeft, voor de zg “bestaande bouw”. Wordt het gebouw in gebruik genomen, komt de Arbeidsomstandighedenwet om de hoek kijken. Ook deze heeft er in het Arbeidsomstandighedenbesluit een apart artikel aan besteed: Artikel 3.8. Brandmelding en brandbestrijding. Daarin staat onder andere het volgende:
Vooral de Arbeidsomstandighedenwet vergt extra inspanningen in de organisatie van het beheer. Functioneren de kleine blusmiddelen? Zijn ze nog aanwezig? Voor het borgen van de voorschriften zijn een aantal maatregelen nodig. Als hulpmiddel hiervoor is de NEN 2559:2001/A4:2017 nl ontwikkeld: De titel van deze norm is: Onderhoud van draagbare blustoestellen. Deze zijn:
In de norm wordt gesproken van het periodiek inspecteren en onderhouden van deze apparatuur. Verder is er een maximale levensduur vastgesteld. In het kort komt dat op het volgende neer:
De maximale inspectie- en onderhoudsintervallen zijn vastgesteld op:

Verder is een en ander aantoonbaar te maken met een logboek waarin per blusmiddel de plaats, het type, het uitgevoerde onderhoud of de revisie en de leeftijd (bouwjaar) is vermeld.
Ook aan de uitvoerende partij zijn eisen gesteld: bij voorkeur een deskundig persoon, in dienst van een erkend onderhoudsbedrijf of organisatie.
Daarnaast heeft de beheerder ook nog een taak. Tussentijds dient deze te borgen dat er periodiek en aantoonbaar een controleronde door het gebouw wordt gemaakt met het doel te controleren of:

ORTEON is in 2018 gestart met het doel om u te helpen onbezorgd te voldoen aan wet- en regelgeving ten aanzien van uw gebouwen en installaties. Wij helpen onze klanten zelf te voldoen aan de regels, en stellen daar handvatten voor ter beschikking. Natuurlijk kunt u ons ook inschakelen om de zorg uit handen te nemen. Zie https://orteon.nl/ voor meer informatie.